2016

Carnaval valt vroeg in 2016! Stress, weinig tijd om aan de wagen te werken en een grotere kans op slecht weer. Maar het betekent ook dat we minder lang hebben moeten wachten om eindelijk weer te kunnen broezuh! En voor het eerst sinds een paar jaar staan er dit jaar weer eens zes optochten op de planning: Teuve, Mechele, Ees, Vols, Sjlennich en Partij. Ja op de planning. Dat het iets anders uitpakt, leest u verderop in dit traditionele jaarverslag. Veel leesplezier!


6 februari, optochten Teuven en Mechelen

Het is zaterdagochtend. De meeste Sjnake zijn al enkele dagen bezig met het vieren van carnaval, op het Auw Wieverbal of in één van de Limburgse steden… Het mag duidelijk zijn dat het vroeg opstaan voor iedereen zwaar valt. Want vroeg opstaan zal wel moeten: De carnavalswagen waar de afgelopen weken aan gewerkt is moet tijdig worden klaargemaakt voor de optochten die vandaag op de planning staan, namelijk Teuven en Mechelen. Omdat het de eerste dag is waarop de Ezer Sjnake uitrukken, is in de planning al extra tijd opgenomen voor onvoorziene omstandigheden. En dat bleek maar goed ook, want het opstarten gaat minder vlot dan gehoopt. De kratten Brand moeten nog allemaal worden ingeladen, de aggregaat moet worden bijgetankt en natuurlijk moet de grote “bölles” nog bovenop de wagen worden geplaatst. Maar voordat dit allemaal gedaan kan worden, moet die wagen eerst uit de loods. En zelfs dat lukte al niet, want er blijken wat probleempjes met de elektriciteit van onze tractor. Gelukkig staat OTO-Sander met zijn gereedschapskist paraat en zal dit varkentje wel even wassen. Intussen wordt het geluid nog een beetje afgesteld en nemen enkele andere Sjnake de poetsloemel ter hand om de tractor nog even extra te laten blinken. Goed, hè, alles is klaar. Wat de wagen betreft dan. Want geen carnaval zonder goede bodem in het lichamen. Dus wordt als eerste vertrokken naar de Lodewijkstraat, waar het spek & ei al staat af te koelen (we liggen door alle strubbelingen intussen zo’n halfuur achter op planning…). Gedurende dit ontbijt wordt een aantal leden echter zenuwachtig: “Mike, heb jij die tunnel in Teuven nu opgemeten?” “Uh, nee, moest dat dan…?” Volgens de eeuwenoude traditie, het zal wel iets Belgisch zijn, vertrekt de optocht in Teuven namelijk elk jaar vanaf een andere kant van het dorp. Waar we vorig jaar nog moesten opstellen midden in een weiland tussen de laaghangende elektriciteitsdraden (al een uitdaging op zich), is de opstelplaats dit jaar aan de kant van Château Notre Dame. En u raadt het al, dat is die kant met die tunnel onder het spoor door. Sta je dan, met je dikke kop (op de wagen bedoel ik dan). “Problemen voor later”, zo is nu al het motto van dit jaar.

Vol goede moed en gezonde spanning wordt vertrokken naar ons buurland. Sterchauffeur Eloy leidt ons carnavalsgevaarte vlekkeloos tussen de laaghangende takken en rode-stoplichten door. Beruchte hindernis is de draai rond de eik boven op de Karstraat. Maar het zijn niet de Sjnake die hier in de problemen raken. Meneer Maxwell uit Gulpen zag de grote papegaai aan komen vliegen en besloot daarop om de naast de weg gelegen akker eens te gaan omploegen. Jammer voor hem heeft het blauwe busje geen rupsbanden en met enkele doffe knallen horen we de magnetrons, plasma-tv’s en wasmachines dansen in de laadbak. Nadat wij onze lach hadden bedwongen, hebben we met gevaar voor eigen leven de arme kerel toch maar uit de moeilijkheden geholpen. En bedankt, ahum… Er kon nog geen dankjewel vanaf. Wij gaan tegenwoordig wel naar de Media Markt. Een bedankje kan echter nog altijd worden gestuurd aan ons secretariaat.

Door een beetje extra gaas op de lollie komen we nog net op tijd aan in Teuven. Bij het naderen van “De Brug” zien we de gespannen blikken van het optochtcomité. Ojeee… We hebben wat paracetamols bij ons, want onze kerel van polyester zou wel eens hoofdpijn kunnen krijgen. Chauffeur Eloy maakt op zijn Johnnie wat extra toeren. Alle Sjnake en leden van andere groepen kijken gespannen toe. En dan mikken maar. De schrijver van dit stuk slaat snel zijn hand voor zijn ogen. Maar opeens gejuich. Ik open dus weer snel mijn ogen en warempel, het past! Ook maar nét, maar oke, het past! Trots worden de flessen bier en wijn geopend en maken we ons klaar voor de eerste optocht van 2016. Zonnetje erbij, heerlijk!

De optocht verloopt zoals deze elk jaar verloopt. Druk op de drukke plekken, rustig op de rustige plekken. Die laatste categorie is ideaal, want traditiegetrouw knalt “The Sound of the Underground” door de boxen. Maar verder geen honden, sneeuwbalgevechten of kerstbomen. Een saaie optocht dus. Met een redelijk snel tempo komen we dan weer aan bij Moeder de Gans. Dat betekent dat hier de wagen vlug moet worden klaargemaakt voor de reis naar Mechelen. Snel nog even de vogel-poppen inklappen, nog even een extra kratje bier pakken voor op de huifkar en gaan met die banaan.

Terwijl de wagen vertrekt richting de parkeerplaats in Wittem, trekken de Sjnake naar het gemeenschapshuis in Teuven. Met een zak vol bonnen wordt hier in 2 uur nog even flink d’r molly gemaakt voordat Huifkar Lei arriveert. Volgend adres? Café de Paardestal in Mechelen waar het feest zal worden doorgezet. Intussen bivakkeert de wagen op de parkeerplaats in Wittem waar de wagen gereed wordt gemaakt voor de lichtstoet van Mechelen. Nog maar net aangekomen in het Mechelse staan we al in de file. De prinsenwagen van De Breuzelère begint een eigen leven te leiden en besluit dat alles en iedereen in een opstopping terecht komt. Ook al heeft de plaatselijke brandweer een uitruk. Mechelen is in rep en roer!

Enkele Sjnake maken zich echter druk om hele andere zaken. Er wordt druk geklaagd over het verre eind lopen naar de opstellocatie in Bommerig. Maar daar is al een oplossing voor bedacht. Nadat de eigenwijze prinsenwagen op een oprit tot stilstand is gekomen en alle Sjnake (ofja, bijna alle, een enkeling drinkt nog een pilsje extra bij John) in het centrum van Mechelen op onze wagen zijn gestapt, rijden we onder leiding van regelpapegaai Bryan het stuk naar Bommerig. En dat bleek een goede zet, want het was dit jaar zelfs nog verder dan afgelopen jaar. Wel mooi trouwens, die Heuvellandroute in het donker.

Uit het opslaghok in de wagen komt een plastic zak met lichtgevende schuimstaven tevoorschijn. Lol verzekerd! En al zwierend en zwaaiend vertrekt de lichtstoet. Mag gezegd, er is een hoop volk op de stoet afgekomen. Zowel qua toeschouwers als qua deelnemende groepen. Is de lichtstoet in Zumpelveld soms afgelast?

We rijden het eerste rondje. En een tweede rondje. Hè, nog een derde ronde? Zijn we nog niet moe genoeg? Of moeten er nog meer autospiegels sneuvelen? (note van het bestuur: “Zijn wij niet schuld”) We weten het nog steeds niet, maar zoveel kilometers door één dorp hebben we in al die jaren zelfs in Eys nog niet eens gemaakt. Onze Bakkersjnaak, die de nacht ervoor nog 300 nonnevotten heeft gedraaid, houdt het voor gezien en gaat vroegtijdig naar huis. Nadat we voor de 3e keer bij de kerk komen (en waar intussen uiteraard al geen mensen meer staan) mogen we eindelijk huiswaarts keren. Maar aan die lange dag is nog steeds geen einde gekomen. Die kop moet er namelijk weer vanaf… De nog enige nuchtere(!) Sjnaak wordt het echter toch allemaal wat veel en besluit hierbij nog even zijn maaginhoud op de stoep te leggen. Het zegt voldoende over deze eerste drukke, maar toch gezellige, optochtendag.


7 februari, optocht Eys

Op deze eerste echte carnavalsdag zijn de Sjnake alweer vroeg uit de veren. Want naast De Grote Optocht van Eys, staat er een druk programma op de planning. En we hebben natuurlijk geleerd van de opstartprobleempjes van zaterdag… Niet voor niets dat ons Bouw-opperhoofd Mike nog ’s nachts aan het bestuur een appje stuurt dat we vroeg bij de wagen moeten zijn. En daar staan we dan, nog een beetje de kater uit de ogen wrijvend, maar wel op tijd. Behalve ons opperhoofd zelf, die ligt nog te maffen. De wagen wordt vlot klaargemaakt en met het volume op standje oorpijn vertrekken we richting de spek&ei-locatie in de Duckweilerweg. Shit, daar staat een auto wel heel onhandig geparkeerd. Boeie, goed excuus voor een extra rondje Eys. We keren de wagen op het Kermisplein (ook daar iedereen wakker gerammeld) en beginnen aan poging twee om de Duckweilerweg in de rijden. Dat gaat al een stukje makkelijker. Al hangt daar wel een verkeersbord in de weg. Uhm, wat doet een einde-30km-zone-bord eigenlijk aan het begin van een éénrichtingstraat? Nutteloos bord, dus karren maar. Kraaaak. Zo, opgelost. Ook niet moeilijk doen met parkeren: We stoppen met de wagen midden op straat en beklimmen het paleisje van ons oud Sjnake Prinsenpaar. Al is de vrouw des huizes wel bang voor modder op de trap. Of is dat modern, oude lappen stof op de traptreden? Niet alleen de heren, ook alle dames zijn uitgenodigd voor dit verdiende ontbijtje. Iedereen smult van het ontbijt, behalve ons opperhoofd, die ligt nog de stinken.

Nadat we onze wagen hebben uitgerust met Wifi (we worden nog eens modern) en DJ Josef nog even snel de laatste hitjes download, vertrekken we richting de huidige Prins der Sjnake: Prins Patje de Eerste. Nog maar net aangekomen, gaat de tapkraan al open en proosten we op de nu al geslaagde optocht (ja, dat kan). Behalve ons opperhoofd, die ligt nog in zijn nest. Gedurende dit smaakvolle onderonsje bij de prinsenresidentie, worden we opgeschrikt door een enorm kabaal! Het klinkt als een zware aanrijding. We horen het gerinkel van glasscherven. Alsof er een bom ontploft. De grond trilt nog na, als een aardbeving in Groningen. Wat gebeurt hier in hemelsnaam allemaal?! Heel Eys moet klaarwakker zijn (behalve ons opperhoofd). Nog voordat 112, L1, CNN en het leger worden gebeld, wordt ons de oorzaak van dit drama duidelijk: Bij de plaatselijke en tevens aan de residentie grenzende kapsalon zijn maar liefst 2 bierglazen van het aanrecht getrild. Of we de bassen van de geluidsinstallatie op de wagen ietsjes lager kunnen zetten…

De Öss zijn op komst, dus dat betekend dat wij plaats moeten maken met ons gevaarte. Alle Sjnake klimmen aan boord en we vertrekken richting de opstellocatie in Over Eys. Gezien de lengte van ons vlaggenschip, moeten we echter draaien in Zumpelveld. Pilsje erbij en daar gaan we dan. Weer een stukje Mergellandroute. Zigzaggend tussen de takken en struiken door (ze hebben gelukkig gesnoeid) komen we aan in ons buurdorpje waar ze blijkbaar, net als ons opperhoofd, nog op één oor liggen. Daar weten wij wel raad mee. Nadat ook Simpelveld (en misschien zelfs Bocholtz) weet wat onze muziekstijl is, karren we weer terug naar het Osseriek. Daar staat de rest van de groep ons al op te wachten. Behalve ons opperhoofd, die nog aan het snurken is. We zijn iets aan de vroege kant, maar we vermaken ons wel. Van de calamiteit in het centrum van het dorp zijn ze ook hier in Overeys op de hoogte, want we zien een mevrouw met boze blik anderhalf uur lang haar vensters vasthouden. Ze verwacht zeker nog naschokken.

Langzaam maar zeker melden zich steeds meer optochtdeelnemers aan de start. Het optochtcomité, onder leiding van Bob (dat staat tenminste op zijn muts), test met een leuk apparaatje of de chauffeurs geschikt zijn voor de nieuwe sjpaskapel: Bloaze ohne zoepe. Dan vertrekt, met een heerlijke zonnetje boven onze papegaaienkopjes, de optocht. Verrek, dat tempo ligt wel hoog. Hijg, puf, de iets minder fitte Sjnake houden het amper bij. Gelukkig staat bij mijnheer Pastoor de jus d’orange klaar (ook hier is Bob al langs geweest) en met deze extra vitamientjes in de buik trekken we richting de Narrentempel aan het Kermisplein. Enkele Sjnake doen nog pogingen om ons opperhoofd uit zijn puus te krijgen, maar tevergeefs.

We willen nog even van het zonnetje genieten, dus wordt aan de finish van de optocht nog even een mini versie van Defqon.1 georganiseerd (sorry Anita). Maar de weergoden besluiten om een eind te maken aan het feestje en tijdens het vallen van enkele regendruppels (ROETEWISSER!) rijden we de wagen terug naar de bouwloods. We sluiten de dag af in de "Tempelnar. Na het winnen van de 1e prijs (wat een verrassing!) laten we ons het gerstenat smaken. Alle Sjnake hebben weer genoten. Behalve…


8 februari, optocht Vaals

Deze dag zal in heel Limburg de boeken in gaan als de dag waarop bijna alle carnavalsoptochten werden afgelast. Ook voor ons was het tot op de laatste minuut spannend of de optocht in Vaals wel zou doorgaan. Om het zekere voor het onzekere te nemen, trokken we toch al naar de loods om de wagen gereed te gaan maken. Je kent het inmiddels wel, het vaste ritueel. Echter bij het naar buiten rijden van de wagen, kwam de hagel met bakken uit de hemel. Omdat niemand van ons zijn zwembroek bij zich had, hebben we toch maar besloten de wagen weer naar binnen te rijden en in ieder geval te wachten totdat het enigszins droog is.

De magen knorren, dus dan maar eerst ontbijten. En dat is dit keer bij onze hoge hooglustigheid Prins Patje I. Het ontbijt (inclusief braadworst en Jästermeiger) is ons vorig jaar zo goed bevallen, dat wij ook dit jaar weer welkom zijn. Prins of niet. Waarvoor dank! Maar echt relaxt werd er niet ontbeten. Rampenzender L1 was al op tv en ook alle live Twitter-feeds werden gecheckt of er al “nuuijts oes Vols” was. De lijst met afgelaste optochten werd alsmaar langer en langer. Valkenburg, Bocholtz, Roermond, ai ai ai. Tussen de soep en de aardappelen, uhm, nee, tussen het spek en het ei kwam echter het verlossende telefoontje! Uit naam der Burgemeester werd door de Grensülle besloten dat de optocht in Vaals gewoon door ging! Om dit te vieren werd de traditionele fles Jästermeiger uit de kast gehaald… Hoogste tijd op de wagen te gaan halen.

En met windkracht 10 kwamen we dan aan in Vaals. Bakkerij Starmans leverde weer een krat poefelen af en de bakkersjnaak van de concurrent had een tas met kannen vol warme chocomel bij zich. Dat was genieten! Nadat de brandweer en de burgemeester de wagen hadden geïnspecteerd op eventueel wegvliegende onderdelen (ha ha, grappig ja, papegaaien…), werd vertrokken aan de optocht. Onze groep was deze optocht een stuk groter dan gisteren in Eys. Zo werden we vergezeld door enkele oud-Ezer Sjnake, een loslopende Pinguïn en waren ook Patrick en Chantal bij ons te gast.

Met het aangekondigde slechte weer in ons achterhoofd was het tijd om de ton met roetewissers weer eens tevoorschijn te toveren, zeker hier aan het begin van de optochtroute waar altijd veel toeschouwers staan. En dan weet je dat Fabrizio weer in de buurt is. Nu nog steeds is dit schouwspel het gesprek van de dag op de Vaalser weekmarkt. Volgende traditionele punt in de optocht is de frieteboet waar de frikadellen worden uitgedeeld. Met de frikadellen nog maar net in zicht, springt Mr. Poefel van de wagen richting de frieteboet. Iedereen dacht dat de grote emmers zouden worden gekaapt, maar hij rende er aan voorbij. Richting de frieteboet zelf. Nog geen minuut later zat meneer al uitgebreid te ontbijten boven op de wagen…

En dan is het tijd om weer te zwaaien. Je weet al waar we nu dus aangekomen zijn: Het bejaardenhuis. En zwaaien en zwaaien. De optocht draait op het kruispunt en we rijden de berg omhoog. Boven aan is dat lastige punt waar we vorig jaar ongeveer zo’n kwartier hebben vast gezeten, inclusief aggregaat in de heg van de buren. En ook nu dreigde het weer mis te lopen, ook al hadden we speciale voorzorgsmaatregelen genomen. Lastige paaltjes ook. Met een beetje heen en weer werk, lukte het onze chauffeur Tim toch heelhuids de bocht door te komen.

Hatsjee en dooorrr. Richting de groepsfoto! Nog heel even Disco Pogoën onderweg en wat takken snoeien. Gelukkig hadden we geen poppen op de wagen die breed uitsteken… Eindelijk na lang gefriemel komen we aan op de Rijksweg: Geen fotograaf. Geen Pierre. In verband met het toch nog steeds dreigende noodweer, mochten er geen foto’s worden gemaakt zodat er geen opstoppingen in de optocht zouden ontstaan. Nou, dan hadden ze beter de bochten wat ruimer mogen maken en had de Groen-dienst van de gemeente beter haar snoeiwerk moeten doen. Dat heeft allemaal uiteindelijk tot meer tijdsverlies geleid dan een leuke groepsfoto. Maar oke, ook wij waren wel blij dat het einde naderde. Ook geen traditionele afterparty voor de Lidl en de Fraiche met de figuren van de SRÜ, maar inpakken die handel en naar huus. Zo kwamen we vroeger dan normaal aan in ons eigen Eys, wat ons de kans gaf om even wat uurtjes bij te slapen in ons eigen papegaaiennest.


9 februari, optochten Slenaken en Partij

The day after the storm… Nou, dat hadden we gedacht. Dat zuchtje wind op maandag stelde niks voor in vergelijking met deze stortbuien. Ook nu weer besloten we al snel om niet alvast de wagen te gaan halen maar om alvast te gaan ontbijten en de plannen van moeder natuur af te wachten. Ontbijtadres is vandaag wederom in de Duckweilerweg, maar nu bij de overburen. En al kijkende naar een bezorgde Thijs Zeelen op tv en naar de dikke regendruppels buiten besloten we dat het verstandiger was om niet naar Slenaken te rijden. Je zou immers meer kapot maken dan wat anders. Dus werd er gebeld met het optochtcomité aldaar. Dan maar bankhangen. De fles schnaps werd tevoorschijn gehaald en er we haalden herinneringen op door nog eens door ons Youtube-kanaal te scrollen. Intussen waren de dames van de groep aan de overkant het met ons eens. Ook daar werd er een gezellige middag met drank, worsten en spellen van gemaakt. Later die dag stond in ons eigen Eys het traditionele Pipowiekse (=clownetrekken) gepland. Maar ook dit viel letterlijk in het water.

Was dit dan het einde van de carnaval?! Dat zal toch zeker niet. Nee hoor, de Sjnake zouden geen Sjnake zijn om het zo te laten eindigen. Er stond immers nog één optocht gepland en wel in Partij. Het was enigszins droog, dus werd besloten toch nog een laatste ronde te gaan maken. Om tijd te sparen met het opbouwen van de wagen (en later vandaag ook met het terugbrengen) werd de dieke bölles niet op de wagen gezet. Hierdoor konden we ook onder het bruggetje van de Miljoenenlijn knallen.

Eenmaal aangekomen in Partij bleken veel andere groepen de verkeerde dansjes te doen. Het was blijkbaar de regendans, want het begon alweer kei- en keihard te regenen. Ach, problemen voor later!

En wat zijn we nat geworden. “Stiekem toch blij dat de optochtroute relatief kort is!” Nou, dat hadden we gedacht. Bij de ontbinding bleek dat de wagens over de Gulperberg naar huis moesten keren. Daar hadden we ons niet op voorbereid. En de huifkar stond ons op te wachten in Wittem. Dus trok de wagen in zijn eentje de hoge berg op en in padvinderspas marcheerde wij door de weilanden naar Wittem. “Whaa, kiek oet! Pratsj” “Baaaah” “Ich zit vas!” “Wat sjtink hei zoeë?” Tot zover enkele gehoorde kreten tijdens deze survivaltocht.

Toen we zeiknat aankwamen bij de huifkar in Wittem was het natuurlijk nog wachten op de wagen, die zich nog door de drukte van de Groeëte Gulpener Vastelaoves Finale heen moest manoeuvreren. Daarna was het met onze eigen optocht (wagen, huifkar en twee volgwagens) naar Eys rammelen. Want het feest is nog niet voorbij! Op het kermisplein in Eys stonden alle pipo’s ons op te wachten voor het laatste rondje Eys met de hoogheden. Nog één keer op de wagen. Nog één keer alaaf, nog één flesje bier en nog één keer stampen op happy hardcore.

Terwijl onze hoogheden in de gymzaal afscheid namen van de vasteloavend (zakdoekjes bij de hand!), parkeren wij onze carnavalswagen voor de laatste keer in de loods. Natuurlijk ook met pijn in het hart.

Want het was weer een super geslaagde carnaval. Want ondanks de code oranje, was dit jaar weer vooral code rood, geel en groen!

Dank aan alle Ezer Sjnake voor deze geweldige dagen!
Ook jij bedankt, voor het lezen van dit lange stuk vol flauwekul.

Tot volgend jaar!

groepsfoto2016

EES ALAAF!